CV voorbeeld Chauffeur

Begin bovenaan je cv als chauffeur altijd met je persoonlijke gegevens: naam, adres, e-mailadres, geboortedatum, rijbewijs, etc. Vermeld eventueel je LinkedIn-profiel. Omdat beroepschauffeurs vaak diverse voertuigen mogen besturen, is het handig alle behaalde rijbewijzen te vermelden (zoals B, C, CE). Een zakelijke foto mag, maar hoeft niet.

• Naam: Vul hier je volledige naam in.
• Adres: Je straat en huisnummer.
• E-mail: Een professioneel e-mailadres.
• Geboortedatum: Bijvoorbeeld in dag-maand-jaar formaat.
• Geboorteplaats: Optioneel.
• Geslacht: Indien gewenst.
• Rijbewijs: Geef alle rijbewijzen aan, zoals: B, C, CE.

Schets kort wie je bent als chauffeur. Benoem je rijervaring, specialisaties (zoals internationaal transport of ADR), flexibiliteit en betrouwbaarheid. Geef aan dat je stressbestendig bent en zorgvuldig met goederen omgaat.

Licht je relevante werkervaring toe, te beginnen met je meest recente functie. Voor chauffeurs zijn werkgevers, periode, type vervoer (bijv. distributie, internationaal), plus taken belangrijk. Denk aan laden/lossen, routeplanning, klantcontact en just-in-time leveringen.

Vermeld je stage(s) bij transportbedrijven. Geef je rol, het bedrijf, locatie en periode weer. Beschrijf beknopt welke taken je hebt opgepakt, zoals het assisteren bij pakketbezorging of het plannen van routes.

Noem afgeronde opleidingen, bijvoorbeeld MBO Chauffeur Wegvervoer. Voeg ook relevante cursussen toe zoals ADR of Code 95. Meld de onderwijsinstelling, plaats en periodes. Geef bij elke opleiding/cursus kort aan wat je hebt geleerd, bijvoorbeeld veiligheid of vrachtplanning.

Som behaald certificaten op, zoals Code 95 of ADR. Geef eventueel de geldigheidsperiode en licht toe waarvoor je bent gecertificeerd (bijvoorbeeld vervoer gevaarlijke stoffen).

Noem je belangrijkste chauffeursskills, zoals routeplanning, laden & lossen, veilig rijden, klantgerichtheid, internationaal transport en omgaan met tijdsdruk. Geef bij elk skill een inschatting van je niveau (bijvoorbeeld: zeer goed, goed, redelijk).

Vermeld welke talen je spreekt en je niveau voor elk (bijvoorbeeld: Nederlands – moedertaal, Engels – goed, Duits – redelijk). Dit geeft een beeld van je communicatievaardigheden, zeker bij internationaal werk.

Laat via je hobby’s zien wie je bent. Denk aan motorrijden, reizen of een passie voor voertuigen. Houd het kort en relevant.