CV voorbeeld Reisleider

De personalia staan bovenaan het cv van een reisleider. Vermeld hier je naam, adres, e-mailadres, geboortedatum, geslacht en rijbewijs. Profiteer van een zakelijke foto, liefst op reis of in een groepssetting, om je gastvrijheid en representativiteit kracht bij te zetten.

• Naam: Je volledige naam.
• Adres: Straat en huisnummer, plaats en postcode.
• E-mail: Een professioneel e-mailadres waarop je bereikbaar bent.
• Geboortedatum: Noteer je geboortedatum in dag-maand-jaar.
• Geslacht: Optioneel, vul dit in indien gewenst.
• Rijbewijs: Bijvoorbeeld: B (meest gevraagd in de reisbranche).

Beschrijf beknopt wie jij bent als reisleider. Benadruk je reiservaring, enthousiasme voor het ontdekken van culturen en talent voor groepsbegeleiding en organiseren. Noem eigenschappen als stressbestendig, klantgericht en oplossingsgericht.

Licht je werkervaring toe, start met de meest recente reisleidersfunctie. Benoem je rol, werkgever, plaats en de periode waarin je hebt gewerkt. Beschrijf je belangrijkste taken, zoals het begeleiden en organiseren van reizen, contact met reizigers en het regelen van logistiek en calamiteiten. Geef waar mogelijk aan hoe jouw inbreng bijdroeg aan een positieve reiservaring.

Heb je stage gelopen in de reisbranche? Omschrijf je functie, stagebedrijf, plaats en stageperiode. Geef concreet aan wat je hebt geleerd of georganiseerd, zoals het regelen van reisplanning of het ondersteunen bij klantcontact.

Noem je afgeronde opleiding(en), zoals Toerisme & Recreatie, inclusief onderwijsinstelling, plaats en studieduur. Vermeld relevante cursussen, bijvoorbeeld EHBO voor reisbegeleiders of cultuursensitief werken. Benoem per opleiding/cursus welke vaardigheden of specialisaties je hebt ontwikkeld.

Licht behaalde certificaten toe, zoals “Leiderschap op reis” of een EHBO-certificaat. Vermeld wanneer het is behaald en geef kort aan waarvoor je bevoegd bent dankzij het certificaat.

Som belangrijke vaardigheden op voor reisleiders. Denk aan organiseren, groepsbegeleiding, presenteren, crisismanagement, coachen, flexibiliteit en interculturele communicatie. Geef per vaardigheid aan hoe sterk jij hierin bent, bijvoorbeeld van redelijk tot uitstekend.

Geef per taal jouw niveau aan: Nederlands (moedertaal), Engels (zeer goed), Frans (goed/beginner). Dit is relevant voor internationale groepen en communicatie onderweg.

• Nederlands (moedertaal)
• Engels (zeer goed)
• Frans (redelijk)

Kies bij talen alleen uit: moedertaal, zeer goed, goed, redelijk, beginner.

Noem enkele hobby’s die aansluiten bij het vak van reisleider, zoals fotografie, fietsen of koken uit verschillende landen. Laat hiermee zien dat je nieuwsgierig en veelzijdig bent.